Kinderen leren taal op momenten dat er veel gepraat wordt. Ze leren ook door te luisteren als jullie met elkaar praten, bijvoorbeeld over hoe je dag was of wat je allemaal hebt gedaan. Je bent op dat moment een taalvoorbeeld voor je kind. Dat gaat heel goed als jullie samen aan tafel zitten te eten. Of op andere momenten dat jullie samen zijn. Dit is iets wat je zo vaak kunt doen als je wilt.
Tip: Praat tijdens het ontbijt met elkaar over wat jullie die dag allemaal gaan doen. Vertel tijdens het avondeten aan elkaar wat er leuk en minder leuk was aan de dag.
Tip: Is jullie gesprek te moeilijk voor je kind, maar is je kind wel nieuwsgierig? Maak jullie gesprek simpeler, zodat je kind ook mee kan doen.